woensdag 4 januari 2023

Zand, een vervolgverhaal deel acht

 Dit verhaal is gemaakt in samenwerking met Prompt Schrijven. Prompt Schrijven probeert mensen enthousiast te maken voor schrijven. Ga daar eens kijken! De link naar deze mooie pagina is: https://www.prompt-schrijven.nl/



 Zand, deel 8

Eerst kregen zij een kop thee van de oude. De hut waren zij zaten, was zeer eenvoudig ingericht. Een bed met een grijze sprei, een houten kastje met twee deurtjes, een keukentje met een aanrecht en een kachel. Dat was het wel.

‘Loeg,’ zei de man. Hij lachte zachtjes en hij leek nerveus, keek steeds naar buiten.

‘Loeg,’ zei Marcel en hij knikte.

‘Daaf,’ zei de man. ‘Daaf, daaf!’

DJ KI kriebelde Holly. Ze was zo moe. De man legde twee kleedjes op de vloer en ze sliepen al snel.

Ook de man ging slapen.

Marcel sprak fluisterend tegen haar. ‘Dank dat je me niet hebt laten zitten, ik was dood geweest.’

‘Geen dank,’ fluisterde ze.’ Ik deed mijn best.’

‘Hoe komen we terug?’

‘Ik heb vandaag een tochtje gemaakt met een man met een hertenkop.’

‘Wat?’

‘Een tochtje in zo’n glazen geval. Een of andere kerel liet me een berg zien met een kanon.’

‘Heel vreemd.’

“En dood eng.’

‘Als we nu eens tekening maakten van dat kanon en dat laten zien aan dat kaboutertje, misschien

weet hij wat dat betekent..’

“Zal best, maar hij kan het niet uitleggen.’

‘Klopt.’

‘En hoe weet je of hij te vertrouwen is? Heb je niet het gevoel dat hij ons in zijn macht heeft? Wat

deed hij daar op een feestje voor jongeren en wat deed hij met jou?’

Marcel haalde het moment terug in zijn gedachten. ‘Hij raakte me aan.’

‘Mij ook. Het klopt niet Mars, die man deugt niet.’

‘Foel!’ siste de man. ‘Foel!’  Duidelijk: ze moesten stil zijn.

 Toen ze stil lagen, met Holly tussen hen in, zagen ze een licht achter de gordijnen. DJ KI stond op en sloop op haar tenen naar het raam. Door de lucht was een gerichte streep groen licht te zien. Ze wist direct wat het was omdat het bij haar concerten ook werd gebruikt. Een laser!

Het kanon,de hertenkop, de boomwortels die spraken over het licht: ze begreep nu hoe ze konden ontkomen aan deze terreurwereld. Ze zag alles in het juiste verband. Het was nu zaak de macht van de gnoom te verbreken en te ontsnappen. Ze ging liggen en deed alsof ze sliep.

Een tijdje later werd de deur geopend. Een persoon trad binnen en keek naar hen. Zelfs Holly merkte

niets.

 

Zand, een vervolgverhaal deel zeven

 

Dit verhaal is gemaakt in samenwerking met Prompt Schrijven. Prompt Schrijven probeert mensen enthousiast te maken voor schrijven. Ga daar eens kijken! De link naar deze mooie pagina is: https://www.prompt-schrijven.nl/






Zand in de toekomst, het kanon  Deel 7

Het regende bloedrode druppels. DJ KI vond het vies en probeerde ze tevergeefs van haar kleding te geven. Ze merkte daarom pas laat op dat er een glazen capsule naast haar was geland. De kap van het bolvormige object ging open. Er zat een wezen of een robot in met het lichaam van een mens, maar met de kop van een hert. DJ KI moest lachen. Een maatpak met daarboven een hertengewei. ‘Ik droom,’ zei ze hardop. Het hert wees op de capsule. Ze begreep het: neem een lift. Waarom ook niet? Misschien kwam ze zo bij de ‘uitgang’.

Ze stapte in. De binnenkant van het voertuig was gelijk aan dat van een auto: een dashboard, een stuur, een handschoenenkastje. Ze zakte in een leren stoel deed haar duim omhoog en ze vlogen weg.

Eerst over de torens. Op de daken oerwouden, jungles, felgekleurde vogels. In de lucht ook andere glazen bollen met daarin een hertengewei. Ze werden soms met moeite ontweken.

Ze vlogen over een enorm gebergte met sneeuw op de toppen. Op de allerhoogste stond iets wat het nog het meeste op een gigantisch kanon leek. De loop, zeker honderd meter lang, was verticaal omhoog gericht. Haar bestuurder tikte haar schouder aan en wees op de zon. Bedoelde hij de stralen? Of het licht? Op de berg verscheen beweging. Een leger in groene pakken gehulde vossen schoot met geweren op hen. Het werd DJ KI duidelijk: dit was verboden gebied.

En achter hen verschenen vierkante, zilveren schijven, ze vlogen met de snelheid van het licht of misschien nog wel sneller. Het hert drukte een knop in en de capsule tuimelde dwarrelend naar beneden. Even was zij haar bewustzijn kwijt en haar oren deden pijn. Lichtstralen ketsten af op het glas. Ze gilde en haar lichaam trilde.

Het glazen ei raakte de grond en rolde tussen de torens door. Het stopte ongeveer op dezelfde plek als waar zij was ingestapt. Hert wuifde haar nog na toen hij weer in zijn glazen auto aan de horizon verdween.

DJ KI voelde zich slap, maar tegelijkertijd ook opgewekt. De uitweg die zij zocht, had mogelijk iets van doen met het kanon.

Maar voor ze zou onderzoeken wat ze hiermee aan moest, besloot ze dat ze Marcel terug wilde zien. Samen zouden ze sterker staan. Daarom liep ze naar het plein waar het feest nog steeds voortduurde. Om niet op te vallen, mengde ze zich onder het publiek van springende jongeren. Ze kon ze nu ook goed van dichtbij zien. Op hun gezichten waren geen emoties te lezen en er staken draadjes uit hun kleding. Marcel stond tegen een barretje geleund. Hij deed of hij haar niet zag.

Naast de zangeressen danste een oudere man. Hij was gekleed in een paars glimmend pak en op zijn hoofd droeg hij een puntvormige hoed  die eveneens paars was. Onder zijn pak had hij gele schoenen. De man was verder voorzien van een dikke, grijze baard waardoor je zijn ogen nauwelijks kon zien. ‘Een kabouter,’ dacht DJ KI, ‘dat kan er ook nog wel bij.’ De man danste goed. In een lijn danste hij naar voren en naar achter en als hij achter was zwaaide hij zijn armen in de lucht en klapte in zijn handen.

 

 

De man stopte zijn bewegingen, liep op Marcel af en legde een hand op zijn hoofd. Het zag er uit als een magisch ritueel en dat was het ook: Marcel moest nu mee, hij was in de macht van de man. Voor DJ KI wist wat er was gebeurd, onderging zij ook dit lot: de hand had haar in de greep. Zij voelde dat dit niet goed was, maar kon er niets tegen doen. Een gijzeling, maar dan op een manier uit een verre toekomst.

De man liep met hen naar een bakfiets. De fiets leek heel veel op die van haar eigen buurt in Amsterdam. Ze kreeg een diep gevoel van heimwee naar die overvolle straten, naar de Van Moofs en naar alles waar ze vroeger op mopperde: de foutparkeerders die de stoep blokkeerden en de dronken schreeuwers in het holst van de nacht.

Zij en Marcel stapten in de bak. De muziek stopte. De kabouter begon met trappen. De dansers keken naar hem. Plotseling stonden ze om hen heen. Hun gezichten grauw en wreed, hun handen geheven met messen en bijlen. Steeds nauwer werd de kring. Marcel en DJ KI sloegen de armen om elkaar. De bakfiets zette zich in beweging. Vuur gloeide in een cirkel.  De feestgangers deinsden terug. De man begon harder te trappen.  Ze reden over een groepje clubbers heen. De weg lag open en ze reden op een berg af. Dwars er door heen. Of er geen materie bestaat, dacht Marcel. Op school leerde hij over massa en energie en licht. Hier leken die wetten opgeheven. Ze reden nu met een angstaanjagende snelheid door een tunnel. Door het plafond staken boomwortels die op luide toon met andere boomwortels kletsten. DJ KI hoorde ze spreken over de mogelijke dreiging dat zij gekapt zouden gaan worden. Maar ook praatten zij over hen. ‘Ze zoeken naar het licht,’ zei een van hen. ‘Dan moeten ze naar de laser gaan,’ zei een ander. ‘Daar kunnen ze toch nooit bij,’ schreeuwde een schimmel. Marcel probeerde wat ze zeiden te onthouden.

En daar vlogen ze weer door een berg. Of het geen probleem was. De tocht eindigde op een vlakte, een soort steppe. Van een stad was niets te zien.

Ze stapten uit bij een houten huisje. De man sprak in onbegrijpelijke één- lettergrepenwoorden. “Roeg,’ zei hij. Marcel hoorde een hond blaffen. Zijn hart ging sneller. Zou het waar zijn?

En toen was het of ereen droom uit kwam want Holly, zijn liefste hond, zijn grootste vriend rende naar buiten, kwam kwispelend op hem af, likte zijn handen. Marcel knuffelde hem. Hij was weer net zo blij als toen hij hem voor het eerst zag in het asiel. Ze waren voor elkaar gemaakt.

 


dinsdag 3 januari 2023

Zand, een vervolgverhaal deel 6


 


De armen grepen Marcel bij zijn enkels en trokken hem achterover. Hij schrok hevig, schreeuwde en viel op zijn rug. Het wezen, of wat het ook was, kwam naar boven en het zag eruit of hij jaren in een ontbinding had verkeerd. Het hoofd was nog maar half over, de ogen waren weg. Marcel vocht terug en probeerde zich los te rukken. Het grachtenbeest bleek sterker dan gedacht. DJ KI/Slash gaf hem een schop tegen zijn gehalveerde kop, maar het hielp niet: hij trok Marcel steeds verder richting de gracht.

Maar toen dat bijna zover was, volgde er een lichtflits en een zware knal. Spetters groen slijm regenden door de lucht en het stonk erger dan in het diepste riool. Het monster liet los, delen van de kop lagen verspreid over de kade. Marcel begreep dat iemand geschoten moest hebben op de aanvaller. Hij riep: ‘Liggen!’ Nog een schot volgde. Nu waren zij doelwit. En van wie? En waarom? Hij had geen idee. Een kogel miste zijn schouder. Er volgden geen andere schoten meer. Wel galmde een waanzinnig soort gelach langs de gevels van de grachtenpanden.

Ze stonden op en holden naar de schaduw van de hoge gebouwen. Ze waren nu buiten het bereik van de schutter. ‘Wat de fak was dat?’ hijgde DJ KI.

‘Deze wereld is niet cool,’ fluisterde Marcel hees. ‘Ik wil weg.’

‘Ik ook, maar hoe?’

‘We moeten iemand vinden die ons kan helpen. Heb jij een telefoon bij je? Die van mij is weg.’

‘Ja, hier,’ ze gaf een Iphone 14.

Het scherm lichtte op.

‘Geen internet, geen wifi,’ zuchtte hij.

Er verscheen een boodschap op het scherm.

‘Wat is dit nou?’ Hij tikte erop.

Het was een filmpje. Dat toonde hun ontmoeting in het zand.

‘De camera heeft ons gefilmd,’ hij klonk nu heel erg gespannen.

“Dat kan niet, ik heb hem niet aangehad.’

‘Kijk maar.’

Ze zag hoe hij bij haar hurkte.

‘Dit is weird.’

‘Ja.’

‘Hoe kan dat nou?’

‘We zijn in de toekomst honey en we moeten back to the past..’

‘Ik geloof er niks van. Dit is gewoon een grap.’

‘Ik ga wel even aanbellen bij die toren.’ Ze wees over haar schouder.

‘Niet doen.’

‘Dat wordt je dood. Niet doen.’

‘Moet ik toch zelf weten?’

‘Je bent dom bezig.’

‘Je bent een slappe zak dat je niks durft te vragen.’

‘Jij zo iemand die denkt dat ze alles kan.’

 ‘Ik wil wil niet meer bij jou zijn als je zo praat.’

‘Hetzelfde.’

‘Ik ga nu aanbellen.’

‘Je doet maar.’

Hij liep weg al wist hij niet waarheen. Zij moest het zelf maar uitzoeken.

Over de straat, die nog altijd bijzonder stil was, ging hij een vlaagje geluid, het was donker, het was

Ritmisch, een baslijn. Klonk goed, hij versnelde zijn pas in de waargenomen richting.

Even later, op een plein dat verdacht veel leek op de Dam zoals hij die kende, zag hij jonge, dansende

Mensen. Armen in de lucht. Ze droegen luchtige zomerkleding. T-shirts, korte spijkerbroeken, zoals in

zijn eigen tijd. Maar hun gezichten waren wel een klein beetje anders. De neuzen korter, de

wenkbrauwen een doorlopende streep. De muziek was zoet en verleidelijk. De beats

onweerstaanbaar. Op het podium stond een DJ uit de toekomst. Zwart petje, hemd met een grote

appel erop. En drie vrouwen zongen zo nu en dan, hoog en zeer zuiver. Marcels hart stroomde over

van pure verrukking.

Maar DJ KI kwam zijn pret bederven. Ze stond voor hem en prikte met een vingertje op zijn borst.

‘Daar ga jij niet heen,’ zei ze stoer.

‘Jaloers?’

‘Hou op.’

‘’Jij ging toch aanbellen?’

 ‘Gedaan. Niemand deed open. Stoere kwal. Niemand.’

‘Pech voor jou.’

‘Ja, fak, kat en shit.’

‘Kat?’

‘Ja echt kat.’

‘Laat me met rust, ik ga naar die musicshit daar, echt leip..’

 ‘Dat ga je niet.’

‘Hee dame dat ga jij niet bepalen.’

‘O jawel.’

‘Niet.’

‘Luister gast, dat soort afgelikte broodjes daar die ken ik. Die willen je soul stelen en daarna spugen ze je uit.. Blijf hier bij mij, asjeblieft.’

‘Nee.’

‘Dan moet je het zelf maar weten, modderfakker. Zoek het maar uit.’ Ze liep weg, een blos op haar wangen.  Ze stond even later stil,

draaide zich om en zag Marcel verdwijnen in de dansende menigte. En met een duizelingwekkende snelheid volgde hierop het zoenen

met de drie meiden. ‘Ben je nu helemaal gelukkig,’ dacht ze.

Ze ging om de hoek van een van de torens  op de grond zitten en voelde zich verloren in een gevaarlijke, onvoorspelbare wereld. Haar

enige vriend was in handen gevallen van een stel sirenen en ze had geen idee waar ze was.

Ze merkte niet dat naast haar een grote, glazen bol landde.

 

 

 

 

 

 

maandag 2 januari 2023

Zand deel 5

 


 


Ze stonden op een stoep voor een van die vreemde torenhoge gebouwen. Zij, DJ KI stond wankel end

en hield zich aan Marcels armen vast.

‘Gaat het?’  hij klonk bezorgd.

Ze keek hem ontzet aan, met wijdopen ogen. ‘Je spreekt mijn taal. Hoe kan dat? Hoe kom jij hier?’

‘Hoe kom jij hier?’

Ze haalde haar schouders op. ‘Ik deed een set. Lekkere party. En toen: fak! Ik in het fakking zand. Ben

gaan lopen. Toen ging ik uit. Fak.’  Ze sprak het tegen hem uit, of het zijn schuld was.

‘En toen kwam jij. That’s it. Fak.Waar the hell zijn we?’

Nu haalde hij zijn schouders op. Achter haar meende hij te zien hoe het enorme gebouw zich

verplaatste naar rechts en ronddraaide. Hij deed een stap naar achter. ‘Er gebeuren hier vreemde

dingen,’zei hij. ‘Die gebouwen achter je..’  Zij draaide zich om, maar er was niets te zien. Misschien

begon hij zich dingen in te beelden. 

Ze zwegen.

‘Ik dacht aan Qatar eerst, maar daar heb ik gedraaid, maar dat is het niet..’

‘Ik ken jou,’ ze sliste soms een beetje. ‘Jij bent DJ Mars.’

‘Right,’ hij klonk opgewekt omdat ze hem kende. Zij was de  grote ster, hij een klein sterretje.

‘Ik ken jou ook, DJ KI. Ik ben een fan van je. Samen nog eens draaien?’

‘Als we hier ooit wegkomen..’

Marcel keek naar links. Daar was een gracht, die eruit zag als de Oudezijdsvoorburgwal. Hij zocht

met zijn ogen een bordje aan de muur. Het was er niet. De gracht was niet zo lang als hij die kende,

hij schatte de lengte een meter of honderd. Er stonden geen auto’s op, en er waren geen mensen.

DJ KI  pakte zijn arm en trok hem zachtjes mee naar de gracht. Het water daarin was niet groen, maar

eerder dieppaars. ‘Dit klopt niet,’ zei ze angstig. ‘Zijn we in Amsterdam?’

Ze pakte trillend zijn hand.

Achter haar, kroop stil en langzaam een zwart, met slijm bedekt wezen uit het water. Het hees zich

 

omhoog langs de gladde kademuur, met  lange, met kroos bedekte armen. Het watermonster strekte

zijn stinkende klauw uit naar Marcels benen  en…. 

zondag 1 januari 2023

Zand, een vervolgverhaal deel 4

 

 



De stoet met de mannen, de kamelen en Marcel, liep door de genadeloze woestijn. Er werd geen woord gesproken, om energie te besparen. Even stonden ze stil. Voor hen, aan de horizon, schemerde een skyline met fantastische, spits toelopende hoge gebouwen die een koperachtige kleur hadden. En soms leken ze even kobaltblauw. De gebouwen waren voorzien van duizenden ramen waarachter donkerrood licht glom. Op de zorgvuldig gebeeldhouwde torens hing weelderig groen in lange stroken. Ademloos zag Marcel de onbekende stad, zoiets had hij nog nooit gezien. En hij had veel gereisd naar alle uithoeken van de aarde.

Hij draaide zich om en merkte dat de stoet zomaar in het niets verdwenen was. Paniek vulde zijn hart. Hij hurkte neer en probeerde kalm te blijven. Hij bedacht dat het het verstandigste zou kunnen zijn naar de stad te reizen. In de woestijn zou hij, alleen, misschien twee dagen kunnen overleven.

Met een bedrukt gemoed zette hij de eerste stappen. Hij betreurde het dat hij geen wapen had. Na nog weer vijf stappen ontdekte hij een pad dat belegd was met stenen. Naast het pad stond een bord met een onleesbare waarschuwing. Hij betrad de stenen. Ze waren verschrikkelijk heet. Het brandde door zijn schoenzolen, het deed pijn, meer nog dan lopen in het zand.

Tien meter verder deed hij een vreemde en huiveringwekkende ontdekking. Aan de linkerkant van de weg lag een lichaam. Het leek op een echte vrouw, maar het zou ook een robot kunnen zijn. Zij droeg een zwarte broek en gekke schoenen met een bolle neus. Haar blouse was zwart met rode strepen en op de rugkant stond: ‘Let me be free’. De vrouw die jong was, had lang zwart haar dat over haar schouders stroomde en haar kleine hoofd lag opzij. Haar ogen waren gesloten. Hij merkte op dat de lippen bleek waren. De vrouw, wie ze ook was, was er slecht aan toe. Hij bukte naast haar en controleerde de vitale functies zoals hij dat bij de forces had geleerd. Ze ademde nog en moest zo snel mogelijk hier weg. Hij schudde aan haar arm, maar ze gaf weinig tekenen van leven. Toen keek hij nog eens goed naar haar gezicht en herkende het: het was DJ KI/Slash, de famous female DJ.  DJ KI met haar hete grooves en  haar zuigende vibes. Een onweerstaanbare muzikant. Toen hij haar eerst hoorde, was het of iemand hem met een hamer op zijn kop had geslagen. Zo indringend, zo mystiek. Hij tilde haar bovenlijf op, maar de nymf kon niet op haar benen staan. Haar pootjes waren slap als ranjarietjes. Hij draaide haar op zijn rug en ze rustte nu op zijn machtige schouders.

Langzaam kwam hij in beweging. Het pad was effen, het liep wel gemakkelijk, maar het was erg zwaar. Zweet druppelde van zijn rug zijn broek in. Wat zou hij in de stad aantreffen? Zouden ze hem willen helpen?

Nog honderd meter, de torens waren heel dichtbij. Oneindig hoog waren ze. Tussen de blikkerende stenen zag hij meerdere glazen bollen rondwentelen. Er zaten wezens in, wie kon hij niet goed zien. De bollen verplaatsten zich alle kanten uit, maar ze raakten elkaar niet. Hij schatte ze op drie meter in doorsnede en in  hoogte twee meter. Ze hebben wat gevonden op het vervoersprobleem, dacht hij.

Hij bereikte een stoep voor een gebouw. Hij legde de DJ voorzichtig neer. Ze opende haar ogen. ‘Hai,’ zei ze.

‘Hai,’ zei hij. En hij dacht onwillekeurig aan zijn hond, had hij die maar kunnen redden.

zaterdag 31 december 2022

Zand, een vervolgverhaal deel 3

 



Deel 3 

Marcel zag de personen steeds dichterbij komen. Ze hadden doeken voor hun gezicht, zo nu en dan zag hij een glimp van een grijs gezicht, baarden en  magere, ingevallen wangen.

Ze hielden stil toen ze hem drie meter genaderd hadden. De onbekenden die zich vreemd houterig bewogen, hadden twee kamelen bij zich waarop een grote last was vastgesjord. De figuren stapten op Marcel af en betastten hem. Ze trokken aan zijn oren, knepen in zijn neus en openden zijn mond om naar zijn gebit te kijken. Marcel durfde niets te zeggen of te doen, ze waren met teveel. Omdat ze dichtbij waren zag hij dat ze zeer lichte ogen hadden, waaruit geen emotie sprak. De types mompelden in een onverstaanbare taal tegen elkaar. Marcel kreeg het vermoeden dat zij in ieder geval geen echte mensen waren. En het was ook de eerste keer dat hij dacht in een andere, voor hem vreemde tijd te zijn gestapt. Omdat hij een DJ was, nog niet zo bekend, verkeerde hij in kringen waarin narcotica net zo gewoon waren als een kopje koffie. Het zou kunnen dat jaloerse musici  een pilletje in zijn drank hadden gestopt, maar even zo goed kon wat hij zag, ook echt zijn. Een vervelende, ongewenste tijdreis.

 De nomaden bonden hem vast en hij verzette zich niet. Hij had geen kans om te ontsnappen. Het verdwijnen van zijn hond Holly deed hem nog meer pijn. Zouden deze mannen het dier gezien hebben? Het was beslist geen Arabisch dat zij spraken, hij had een tijdje in Qatar gedraaid en daar had hij wat woorden geleerd.

Een van de personages wees plotseling  geschrokken naar de hemel. De anderen keken. Er brak paniek uit. Zomaar uit het niets kwamen vierkante, zilverkleurige objecten over vliegen. Ze hadden geen vleugels en geen motor en toch vlogen ze angstaanjagend hard. Uit de toestellen werden lichtstralen afgevuurd die een intense, verschroeiende hitte verspreidden.  Drie nomaden vielen gillend achterover. Ze bewogen heftig met hun armen, uit hun lichamen kwam gesis en geknetter en rook. Een misselijk makende lucht van smeulend plastic waaide over Marcel die op zijn buik in het zand lag. Angstig wachtte hij af. Hij hoorde stemmen van de overlevenden. Ze trokken aan de slachtoffers, maar er was niets meer aan te doen. De robots waren gesmolten. In het zand lagen nog resten van batterijen, draden, en technische onderdelen.

Marcel stond op en klopte het zand van zijn kleren. Een van de mannen, de langste, wenkte dat hij bij hem moest komen. In de robothand lag een zilveren schijfje van een centimeter dik. De man gebaarde naar zijn mond. Marcel begreep dat hij het ding op moest eten. Hij nam voorzichtig een hap en merkte dat de stof overging in water. Het was drinken. Een waterpil, zoiets had hij nog nooit gezien, zelfs niet in de tijd dat hij in het leger diende bij de special forces.

Terwijl de stoet weer op gang kwam, verlangde hij met een tomeloze passie naar huis, naar zijn muziek  en naar zijn schaatsen. Maar het diepst verlangde hij naar Holly, zijn vrolijke, lieve hondje met de witte pluimstaart.