Vandaag was ik met mijn gezin een uur op Schiphol, vooral vanwege
de treinen die er heen gaan. Mijn zoon (8) is treinengek. Hij wilde vooral
graag rijden in een SNG, dat is een nieuwe sprinter.
Op Schiphol belandden we in een
mierennest van mondiale snit. Een vreedzame wereldkolonie, allen met dezelfde
doelen: wachten, wachten en wachten en dan op reis gaan. Of thuiskomen en dan
heel enthousiast verwelkomd worden bij de arrivals. Mensen die
elkaar snikkend in de armen vallen van blijdschap, van geluk, en gevuld met tranen.
Het is ontroerend om naar te kijken. We werden tijdens onze vervoering weggestuurd
door een beveiligingsman die een verlaten tas had ontdekt. Hij waarschuwde zijn
collega's.
Daarna besloten we naar het panoramaterras te gaan. Daar kun je,
heerlijk in de kerosinedamp, genieten van startende en dalende stalen monsters.
Maar helaas,
dit panoramaterras was gesloten
en daarom bezochten we de vliegtuigshop. Voor de deur van die winkel staat een
vliegtuigmotor en een onderstel van een toestel. Het mooiste zit binnen
verstopt: een oude cockpit waarin je gewoon alles aan mag raken. Natuurlijk is
het daarin altijd druk.
Normaal gesproken staat op het panoramaterras een oude Fokker,
daar kun je in plaatsnemen. Voor andere oude toestellen moet je naar het
Aviodrome, in Lelystad, of Soesterberg.
Toen we weer bij de trein
stonden, realiseerde ik me dat ik op Schiphol geen enkel vliegtuig gezien heb.
Behalve dan dat speelgoedexemplaar uit de winkel. Wèl heel veel mensen en als
ik eerlijk ben, kan ik langer naar die exemplaren kijken, dan naar
vliegtuigen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten