zaterdag 27 mei 2023

Bommeltje



Bommeltje, mijn vijf jaar oude katertje, ligt  ’s avonds vaak bij me, als ik op de bank zit. Ik ben een brave burger, die zitten ’s avonds op de bank.

Bommeltje, de rossige macho, snort niet veel. Hij kruipt tegen me aan. Hij heeft kleine pluimpjes op zijn oren.

Bommeltje doet zich stoer voor, maar toen hij eens op een ochtend naar buiten huppelde, raakte hij in paniek en begon te miauwen alsof hij zwaar gewond was. Ik probeerde hem te pakken, maar het lukte niet, hij dook weg. Oren plat, buik tegen de grond. Ik viel voorover, scheurde daarbij een broek en verdween tussen de coniferen. 

Bommeltje kwam een dag later dodelijk vermoeid aanslenteren. Hij sliep daarna 48 uur aan een stuk. Wat heeft hij gedaan? Een juf van school zag hem jankend bij een tunneltje scharrelen en ik aanschouwde hem rond elf uur ’s avond met zijn neus voor het raam. Toen ik dichterbij kwam, was hij alweer verschwunden.

Bommeltje is al eens bij een ander baasje geweest (of moet ik zeggen: hij had ander personeel?) maar het klikte niet tussen hem en die tweevoeter. Die was teveel weg en Bommelidus houdt van onbeperkte aandacht.

Kijk hem fanatiek doen als ereen poesje in de tuin loopt. Blazen, grommen en raak hem niet aan, want hij ziet je niet.

Bommeltje is niet agressief. Hij is een lieve ‘het’,  een halve Devon Rex. Zijn moeder was een echte Devon en zijn papa een knappe jongen uit de buurt.

Wacht even, hij is weer boven op de kapstok geklommen. En daar gaat hij!  Met alle jassen achterover! Wat een bende. Kunnen de winterspullen en handschoenen meteen naar zolder. Goed gedaan Bommel. Wandel nog een keer over mijn toetsenbord. Weet je dat je dat toetsenbord een keer helemaal ontregeld hebt? Er moest een nieuwe in worden gemonteerd, kostte honderd euro, boef.

Een volgende keer vertel ik over je broertje Sammie. Ook zo’n lief, klein monstertje.


zaterdag 20 mei 2023

De zon naar 'le soleil' van Francoise Hardy


 





 De zon, een vertaling van het liedje le soleil van Francoise Hardy:


En het was de zon

waarmee ik elke dag begon

met jou.

En het was de oceaan

om na het opstaan heen te gaan,      

hand in hand,

en daarna renden we naar het strand,

en jij vond schelpen,

als een kind.

 

Je hield ze bij mijn oren

om de zee daarin te horen,

herinner ik me.

 

Zon, ik hou van je,

omdat je  altijd

trouw bent,

maar de liefde

was niet vaak zoals jij,

waarom?

 

Jij had altijd zoveel trek,

rijpe vruchten en wijn,

waren allemaal voor jou.

Jij schold soms op mij

omdat ik niet mee at,

je ergerde je blauw.

 

En het water liep over het strand,

onze dromen deelden we,

herinner ik mij.

We spraken over een huis

met onze kinderen

en we waren blij.

 

Zon, ik hou van je,

omdat je  altijd

trouw bent,

maar de liefde

was niet vaak zoals jij,

waarom?

En het is altijd de zon

die ons wakker zal maken,

iedere ochtend.

Winter of zomerzon,

zij ziet de liefde gaan

en kent het verdriet.

Hoeveel strand is er nodig?

Hoeveel andere gezichten,

om jou te vergeten?

En het huis

en het kind met de blonde haren,

dat we niet zullen krijgen?

   

Zon, ik hou van je,

omdat je voor altijd

trouw bent,

maar de liefde

was niet vaak zoals jij,

waarom?

 

Vertaling: Sjoerd van Berkel 2023

Link naar het liedje Le Soleil van Francoise Hardy:

 https://www.youtube.com/watch?v=gCpo4C3RCrs

 















https://www.youtube.com/watch?v=gCpo4C3RCrs

zondag 14 mei 2023

Op grote voet leven

 


 


De man in Nederland wordt langer en langer – waar houdt dat eens op?- en dus ook hun handen en voeten. Ze leven op grote voet. Kleine jongens hebben al maat 45 en grote jongens minimaal maat 50. Ik ben blijven steken op maat 39. Dit is het gemiddelde van ouders die heel lang en heel kort zijn. 

En dat geldt ook voor hun voeten. Zeeschuit en smurfenschoentje. En ik ben er tussen gebleven. En daarom vind ik bijna nergens een geschikte schoen. Ze zijn altijd te groot. Voor een geschikte loper zal ik naar Turkije of Griekenland moeten. Wel een goeie smoes daarheen af te reizen.

Ook de meeste ouwemannenpantoffels zijn te groot. Ik zocht een paar wondersloffen om bij de haard een pijpje te smoken en te mijmeren over despoken van het  verleden. De verkoopster wees naar een rekje ergens achter in de verlaten zaak. Daar stonden gouden muiltjes voor lieve paaldansende  prinsessen van veertig.

Vandaag was ik in de winkel om mijn kabouterslippers op te halen. Er waren ballonnen in de shop en ik werd onthaald alsof ik een voetbalvedette was op jacht naar speciale kicksen. Er stond een schaal met koekjes klaar en thee. En ja, ik zou een cadeautje krijgen. Maar nee, deze ontvangst was niet op mij gericht. Het was een actie om de stenen winkel  te sponsoren. Want de mens van nu koopt zijn stappers online. ‘Het gaat moeilijk,’ zegt de verkoopster. ‘Daarom deze actie.’  Ik wil wel positief blijven en ik lach beleefd. Maar iets zegt me dat het lastig gaat worden.

De piepjonge verkoopster zet alles op de toonbank: de schoenen, een cadeautje, een kortingsbon, en nog een kortingsbon voor een ondernemer in dezelfde flink opgeknapte straat. Dus ik vermoed als ik daar ga winkelen dan een kortingsbon krijg voor de schoenenzaak. Dat kan lucratief worden.

De verkoopster wordt goed bekeken door de oudere verkoopster. ‘Ja, het is niet eenvoudig,’ zegt ze. “Je moet veel leren.’

Ik ga naar buiten en het weer is prachtig. Ook de straat is een feest om te zien. Er lopen veel mensen ontspannen rond. Ik probeer me een straat voor te stellen, in mei, op een zonnige dag, zonder winkels. Het zal ook stiller worden. De mensen allemaal  aan  hun beeldscherm gekleefd. Dat lijkt me niet te kloppen. Mensen zijn sociale dieren. Wat de winkelier deed was dus heel goed: verleiden met een koekje en een drankje. Misschien kan de bouwmarkt een biertap plaatsen? In de bibliotheek is ook al een restaurantje  geplaatst. Want in Nederland wordt zowel de man als de vrouw langer en langer, maar ook luier en luier. Ik doe een gebedje voor de kleine, gespecialiseerde winkelier dat de mensen weer meer uit hun huizen zullen gaan om op een normale manier contact te maken.

 

 

 

zondag 7 mei 2023

Verslag van een telefoongesprek uit het verleden met een onbekende

 





Een oude telefooncel, weet je nog? Snel verdwenen ze uit ons leven, geen kwartje meer op zak, voor het geval mocht het nodig zijn, altijd een kwartje op zak. Deze staat op station Maliebaan.


Verslag van een telefoongesprek uit het verleden met een onbekende


‘Hoi Sjoerd.’

‘Eh.. met wie?’

‘Met Henk.’

‘O.. ik ken je niet.’

‘Geeft niet man, luister gast, wil jij volgende week 50 rooitjes verdienen?’

‘Nee, hoe zo?’

‘Hoezo nee?’

‘Nou Gerard..’

‘Henk, geen Gerard, ik heet Henk..’

‘Goed Henk, maar hoezo 50 rooitjes verdienen?’

‘Jij hoeft niet veel te doen Sjoerd, het geld rolt zo jouw kant op.’

‘Van mij hoeft dat niet Wim, ik ben gelukkig zo, wat moet ik met al dat geld?’

 ‘Je bent gek als je het niet doet.’

‘Wat ga ik dan doen?’

‘Luister doe gewoon niet zo raar en doe mee.’

‘Ik ben liever raar.’

‘Luister Sjoerd, jij bent echt raar, maar goed, je moet het zelf

weten. Jij krijgt dikke vette spijt, hele dikke spijt.’

“Zal wel.’

‘Effe iets anders, ik heb een leuk pitje voor jou.’

‘Een pitje?’

‘Een pitbull sukkel. Vijf maanden oud, voor jou voor

tweehonderdvijftig gulden. Nou, een koopje, wat zeg je daar

van?’

‘Mijn aardappels staan op.’

‘Je bent gek als je het niet doet.’

‘Jezus, de pan begint te roken.’

‘Weet je wat jij doet Sjoerd, je bekijkt het maar, ik kom nog

een keer terug als Rambootje groot is.’

 ‘Is goed man.’

‘Is zeker goed. Je bent raar. Je bent echt helemaal gek.’

‘Dag Kees.’

‘Henk, het is Henk, mafkees.’

‘Bye Joop.'