vrijdag 8 augustus 2014
23 juli 2014 Dag van Nationale Rouw Ramp met Malaysian Airways.
De wereld heeft onze liefde nodig,
de wereld heeft liefde nodig.
Je kunt op deze wereld in de handen van bebaarde rebellen vallen en gegijzeld worden en ook nog onthoofd. Als je geluk hebt wordt je onthoofding niet met trots op Youtube gezet. Je kunt... ik wil verder schrijven, iets slims zeggen over de Dag van Nationale Rouw, maar mijn Thijs van drie is op zijn knietje gevallen en daarvoor moet het wereldleed wijken. Er is nu een drama in tien bedrijven gaande, dus je kunt, dat iemand je vliegtuig in stukken schiet, iemand je kantoor binnenvliegt of een bom in je tas doet, je kunt dat, je kunt dat allemaal meemaken.
Maar wij, wij moeten veel meer protesteren tegen de leiders van deze wereld. Naast het herdenken is dat voor mij, ja Thijs, wat wil, koekje?
Is dat voor mij, god, wat ben ik moe na een dag met het mannetje, is dat voor mij het belangrijkste, mondige burgers moeten zich verzamelen en wacht even, Thijs, niet aan de computer komen, wat heb ik nou gezegd? Eh, ik ben de draad kwijt. O ja, vandaag is de Dag van Nationale Rouw. Ik beleefde dat het beste op de fiets met Thijs. We gingen mama ophalen in het ziekenhuis, waar ze werkt. Ik had hem verteld dat de klokken zouden gaan luiden en hij kon niet wachten tot het zover was. ‘Dong, dong?’ vroeg hij steeds. ‘Dong, dong?’ In de hal van het ziekenhuis bleven de mensen plotseling staan, als waren ze bevroren. Een meisje met een verband, een man achter een rollator, een mevrouw met een infuuspaal. Niemand zei iets. Wat gaan we doen met die stilte? dacht ik. ‘Mama warten?’ vroeg Thijs veels te luid, terwijl hij bij me op schoot zat. ‘Ssstt Thijs,’ gebood ik, ‘even stil zijn.’ Hij bleef stil en wreef over zijn pijnlijke knie waarop hij vanmiddag was gevallen, tijdens het voetballen op het schoolpleintje. Met veel moeite had ik daar een pleister met een aapje op gekregen. Plotseling bewoog iedereen weer. Mama kwam eraan met een andere verpleegster en die maakte een grapje over de pleister op de knie. Ik schoof de draaideur door en dacht heldhaftige dingen, wij moeten, wij moeten ons verzamelen en een wereldwijde grote mond opzetten, stille tochten organiseren van Amsterdam tot aan Tel Aviv en de parlementsgebouwen op deze planeet bestoken met vriendelijke e-mails. De mensheid, jong en oud, man en vrouw, moet aan de kleine, agressieve elite laten weten dat het nu genoeg is. Wij, de niet-machtigen, zijn in getal groter dan de machtigen. De wereld heeft dringend onze liefde nodig. Er is maar een aarde om op te wonen en om ons huis is het donker en we draaien hard in de ijzige kou en de schil die ons beschermt is maar twintig kilometer hoog. Zo is mijn dag van Nationale Rouw er ook een van Persoonlijke Opstand, al weet ik niet hoe ik mijn wereldwijde beweging in gang moet zetten. Mijn wereldwijde beweging maakt zich gereed om zijn tanden te gaan poetsen. En een laatste kaars aan te steken voor de nabestaanden en de nabestaanden van de oorlogslachtoffers van gisteren, vandaag en waarschijnlijk ook morgen.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten