maandag 17 oktober 2011
Het was een prachtige dag gisteren. Geen wind, geen regen en een aardig oktober zonnetje.
Ik liep goed in de halve marathon van Amsterdam, rustig aan. Ik wilde leuk aan de finish
komen. Dat lukte ook aardig. Ik nam onderweg de tijd voor een drankje en op een gegeven
moment een tabletje druivesuiker. Dat helpt ook heel erg. Ik ging over de finish in het
Olympisch stadion in twee uur en 28 minuten wat niet bijzonder snel is, maar daar ben ik
ook niet mee bezig geweest. Ik ben trots, want het is toch een grote afstand en ik heb
alleen wat last in de bovenbenen.
Het was heel gezellig, met vrolijke mensen langs de kant die ons zowat over de streep
hebben getrokken. Dank daarvoor.
zaterdag 15 oktober 2011
Morgen is het zover. Dan loop ik de halve marathon van Amsterdam. Mijn startnummer is 23555.
Als je dat nummer op de website van de Amterdam marathon invult kun je meer te weten komen
over hoe het is gegaan. De starttijd is kwart voor twee. We starten voor het olympisch stadion en
rennen dan over de stadionweg naar de amstel passeren oa de bijlmer bajes en hollen via oost
weer terug naar het stadion.
Ik ben nu wel een beetje zenuwachtig. Zal het allemaal goed gaan?
donderdag 13 oktober 2011
Papa heeft vandaag voor Thijs gezorgd. Mama was naar haar werk. Daar had ze een gesprek met de baas. Papa heeft aan Thijsje uitgelegd dat mama heeel boos was, omdat ze zelf aangeboden had met het oudjaar te werken. Toen had de baas haar ook maar meteen een kerstavond werken cadeau gegeven. Toen was mama heel boos. Ze huilde en riep dat ze postbode wilde worden, in plaats van voor de zieke mensjes te zorgen. Thijsje begreep het niet, maar was verder heel lief en liet papa zien hoe je twee sokken uittrekt en in je mondje stopt. En hoe je dit de hele dag kunt herhalen. Ook zo leuk om papa te zien worstelen met het aantrekken van die dingen. Heee, de hiel zit weer aan de voorkant. Hoe dan ook, papa ging een papje maken, met zoveel slokjes water, zoveel lepeltjes pap en zoveel druppeltjes melk. Daarnaast een plakkerige broodje met pindakaas. Papa houdt helemaal niet van pindakaas. Hij valt bijna flauw van de lucht. En het spul kleeft aan papa’s vingers en de lucht blijft nog drie weken hangen. Maar voor Thijsje heeft hij dat wel over. Toen het halve broodje was weggewerkt werd het tijd voor het papje. Ging er goed in, maar plotseling gingen Thijsjes ogen dicht en viel hij in slaap. Daar zat papa dan achter het papje. Het was een hazeslaapje. Papa ging te winkelen met zijn zoon. Thijs controleert daarbij of het personeel zijn werk goed doet en flirt ondertussen met het kassa meisje. Hij opent zijn mondje met de twee tandjes en hij lacht van oor tot oor en dan smelt zij gewoonlijk. Op papa wordt niet meer gelet, bestaat gewoon niet meer.
Papa heeft ook handigheid gekregen in Thijs aankleden. Soms ontdekt papa dat het drukknopje ineens een schuifknoopje is. Thijs ligt natuurlijk helemaal stil. Hij vindt het ook leuk papa te zien modderen met zijn broekje. Zitten er ineens twee beentjes in een pijp. Wat een lol. Hij schatert. Zeker als dit om half zes ’s morgens gebeurt als Thijs naar zijn oppasmoeder Monique gaat. Dan is papa blij. Slaapdronken frunnikt hij aan de luier. Het gebeurt ook wel dat papa als Thijs in zijn maxi cosi zit ineens een lucht gewaar wordt die op die van het platteland gelijkt. Zijn geweten knarst: ‘Zo kun je hem niet afleveren, dat is niet lief!’ Dus Thijs weer uitgepeld en het flatsie schoongemaakt. Van de geur draait papa’s maag zich bijna om, in alle vroegte, Thijsje heeft er geen last van. Papa moet toch zelf ook weleens? Ja, maar papa trekt dat door en dit gaat in een zakje.
Papa kan nog wat bijleren. Sta je met Thijs bij de commode, kom je erachter dat zijn toetenpoetsdoekje in de badkamer ligt. Ja, en hij kan al goed omrollen, dus met een beetje pech rolt hij naar beneden als je hem loslaat. We gaan ook regelmatig wandelen. Dan komen we soms de vader van Tristan tegen, die twee weken jonger is. Papa van Tristan heeft dan ook een papa dag. We kijken in elkaars wagen, vergelijken wie er groter is en stellen vragen. ‘Heeft ie al tandjes, hoe slaapt ie, wat eet ie?’ Onlangs kwam ik de papa van Tristan weer tegen en toen was hij wat gestressed. Tristan had die middag nog weinig geslapen. Ik ken dat, heel herkenbaar. Dan kan het ’s avonds feest worden. Advies als je dan tv wil kijken: pagina 888 van teletekst levert de ondertitels voor als je in het gebrul van je kleine zit. De kracht daarvan verbaast me elke keer weer. Het is of we ons hoofd in de motor van een 747 stoppen.
Sstt…Thijs slaapt op mijn schoot. Hij is in badje geweest en gaat zo fris in zijn bedje en doorslapen, heeft hij beloofd.
Papa gaat zondag aan de halve marathon van Amsterdam meedoen. Hij heeft dat Thijs uitgelegd. Papa zit op kantoor en wil geen vette, dikke, uitgezakte frietzak worden. Daarom loopt papa zich te pletter en hopelijk haalt hij de finish voor de bezemwagen. Thijs gaat er van uit dat papa, zijn held, binnenkomt voor de eerste Keniaanse prof loper. En ik spreek hem niet tegen.
maandag 10 oktober 2011
Gisteren nog een laatste hardloop rondje gemaakt. Het gaat helemaal goed komen as zondag. Het weer is ook goed en het wordt gezellig
bij de halve marathon van Amsterdam. Ik ken de buurt rond het Olympisch stadion ook goed, ik heb er 5 jaar gewerkt.
Ik heb ook een tactiek, ik wil rustig aan beginnen. en me niet mee laten slepen.
zondag 9 oktober 2011
Halve marathon Amsterdam de wondersloffen
Volgende week zondag dan is er de halve marathon van Amsterdam en ik doe daar aan mee.
Het is 21 kilometer lopen dus het is een aardig stukje, maar ja ik ben er al weken voor in trainingskamp.
Ik heb ook nieuwe wondersloffen en hierop gaat het zeker lukken. Nu ga ik Thijs even troosten.
zondag 25 september 2011
Het eerste tandje
Het was een drukke periode. Thijs kreeg een tandje en daarna koorts en vlekjes.
Maar het ging snel voorbij en hij was gelukkig weer de oude. Hij ziet er heel schattig
uit als hij lacht met die ene tand!
Ik heb een softwarepakket aangeschaft waarmee ik nu tegen de computer kan praten en
die maakt er dan tekst van. Dat scheelt tijd, tenminste als onze kleine niet huilt
want daar kan de software niet tegen. De computer gaat dan rare woorden maken.
vrijdag 29 juli 2011
Nog wat over het zeilstukje
Ik wilde nog wat over het vorige zeilstukje er aanplakken, maar dat wilde de kompjoetur niet.
Het stukje is geen journalistiek, maar een dichterlijke impressie.
Het was een bewogen en vooral natte tocht. Toen we bij Engeland aankwamen gingen de hemelsluizen open. Mijn vader, die me gevraagd had mee te gaan, stond toen net aan het roer en ik stond binnen. Daar herinnert hij me nog regelmatig aan. Hier en daar was het een knobbelig zeetje. De tocht was een idee van een stel politie agenten die de boot huurden plus de stoere schipper erbij. Dat was een aardige stoere kerel van weinig woorden. Nou ja, soms kwam hij los als de tocht voorbij was en er een stoere borrel gedronken werd. Aan boord werd geen limonade gedronken, maar vuurwater.
Ik weet ook nog dat we 's morgens gebakken eieren met spek kregen. Goed tegen de zeeziekte, waar ik geen last van had. In Engeland zaten we 's avonds om elf uur nog aan de patat, ook niet echt gezond.
Maar leuk was het wel, die bonkige mannensfeer met bonkige mannengrappen.
We roken op de terugweg ook niet zo fris meer. Later ben ik nog een paar keer naar Engeland, Frankrijk en Noorwegen gevaren. Toen moest ik stoppen, want het geld was op. Zeilen is immers heel langzaam voor heel veel geld nergens naar toe varen.
Iedere vierkante millimeter aan het schip kost goud. Iets later werd het ook voor de schipper te duur en werd het ding verkocht.
Nu hebben we dus een koffer met mooie herinneringen aan de zee, die geeft en neemt.
Het stukje is geen journalistiek, maar een dichterlijke impressie.
Het was een bewogen en vooral natte tocht. Toen we bij Engeland aankwamen gingen de hemelsluizen open. Mijn vader, die me gevraagd had mee te gaan, stond toen net aan het roer en ik stond binnen. Daar herinnert hij me nog regelmatig aan. Hier en daar was het een knobbelig zeetje. De tocht was een idee van een stel politie agenten die de boot huurden plus de stoere schipper erbij. Dat was een aardige stoere kerel van weinig woorden. Nou ja, soms kwam hij los als de tocht voorbij was en er een stoere borrel gedronken werd. Aan boord werd geen limonade gedronken, maar vuurwater.
Ik weet ook nog dat we 's morgens gebakken eieren met spek kregen. Goed tegen de zeeziekte, waar ik geen last van had. In Engeland zaten we 's avonds om elf uur nog aan de patat, ook niet echt gezond.
Maar leuk was het wel, die bonkige mannensfeer met bonkige mannengrappen.
We roken op de terugweg ook niet zo fris meer. Later ben ik nog een paar keer naar Engeland, Frankrijk en Noorwegen gevaren. Toen moest ik stoppen, want het geld was op. Zeilen is immers heel langzaam voor heel veel geld nergens naar toe varen.
Iedere vierkante millimeter aan het schip kost goud. Iets later werd het ook voor de schipper te duur en werd het ding verkocht.
Nu hebben we dus een koffer met mooie herinneringen aan de zee, die geeft en neemt.
Abonneren op:
Posts (Atom)