maandag 3 september 2007

Voor de kleinsten



Goliath

In de 17e eeuw waren doolhoven erg popi. In een van de doolhoven te Amsterdam stond een reusachtige pop waarvan de ogen door een mechaniek konden bewegen, toen het doolhof was verloederd verdween de reus naar een opslag om later te worden neergezet in een restaurant naast het historisch museum Amsterdam. Daar staat ie dan en ik bedacht er een verhaaltje bij.

Er was eens een reus, een grote reus van steen, die bij een restaurant stond in het grote Amsterdam. Niemand wist zich meer te herinneren hoe die reus daar was gekomen. Op een dag stond hij er gewoon en alle serveersters en de obers liepen er gewoon om heen. Soms stapte iemand wel eens op zijn teen, maar dat voelde hij niet, want hij was van steen. Er was wel eens een reiziger uit een ver land die riep: "Kijk eens wat een mooi beeld!" En mooi was hij hoor, echt waar. Hij droeg een prachtig harnas om zijn brede borst en op zijn enorme kop droeg hij een prachtige, gouden helm met een schitterende veer. In zijn linkerhand droeg hij een angstaanjagend zwaard, waar je zo iemand mee door midden zou kunnen klieven, maar ja, dat gebeurde natuurlijk niet. En zijn naam was Goliath, naar de bekende reus uit de Bijbel, dat boek ken je vast wel. Op een dag zat er een klein brutaal jongetje in het restaurant dat zich verveelde. Het jongetje speelde met een elastiekje en een suikerklontje dat hij op tafel gevonden had. "Niet doen Dennis!" riep zijn vader. "Niet met elastiekjes schieten.." Hij stootte zijn vrouw aan en zei: "Wat een held hè, die kleine van jou.." "Pardon," zei zij, "Hij is ook van jou!" Kleine Dennis luisterde natuurlijk niet, maar ging vrolijk verder. Hij pakte een nieuw suikerklontje en mikte op het hoofd van de reus. En schoot...Het suikerklontje trof het voorhoofd van Goliath. "Au!" riep hij bulderend hard en iedereen in het restaurant legde zijn bestek neer en keek verbaasd om. "Au!" brulde de reus en wreef over zijn voorhoofd. Iedereen hield de adem in. "Aha!" riep hij, terwijl hij Dennis in de gaten kreeg. "Aha! Jij hebt mij geraakt!" Hij wankelde wat op zijn torenhoge benen en stapte voorzichtig van de sokkel. Toen brak er een grote paniek uit. Alle mensen begonnen te roepen en te gillen en klommen over elkaar heen naar de uitgang. Ook de ouders van Dennis grepen de kleine bij zijn haren en maakten zich uit de voeten. Gelukkig was Goliath door al die eeuwen staan niet zo snel meer van lijf en leden. Dus toen hij eindelijk ook buiten stond was er geen mens meer te bekennen. Voorzichtig begon hij sneller te lopen, op zoek naar de dader. Daar zag hij het rode jasje van het jongetje weer! Hij stampte door de winkelstraat en de grond trilde, dat kun je begrijpen! Toen kwam hij bij een groot paleis. Dennis en zijn ouders verstopten zich achter een pilaar en de reus begon van woede aan het gebouw te schudden.Plots hoorde hij een stem. "Wat moet dat?" riep iemand. Goliath keek op het dak en daar stond een oude man, met een grote bal op zijn rug. "Wie bent u?" vroeg Goliath. "Ik ben Atlas," zuchtte de oude. "Ik tors de wereld op mijn schouders.." "Dat lijkt me zwaar," sprak Goliath. "Maar dan ik.. ik sta al drie eeuwen in de hal van een restaurant, ik heb hele zere voeten en een pijnlijke rug van het staan.." "Watje.." zei Atlas. "Hee, hee, hee.. " sputterde Goliath. "Een beetje respect.." "Loop heen met je respect. De duiven poepen op mij. Pff..respect.." Toen zag Goliath de wereld die door Atlas werd gedragen. Het was een prachtige, blauwe bol. "Geef mij die eens!" zei hij en hij vergat totaal waarom hij was gaan rennen. "Asjeblieft," zei Atlas en hij duwde de wereld in de handen van de reus. "Lekker balletje," zei Goliath en hij stuiterde ermee op het plein. Hij ving de bal, zwaaide met zijn machtige arm en wierp de wereld in de richting van het treinstation. "Mijn bal! Wat doe je nu!" riep Atlas boos en stompte Goliath. Nu, dat moet je natuurlijk nooit doen. Goliath pakte zijn zwaard maar toen hij de oude man wilde slaan, merkte hij dat hij totaal geen kracht meer had, van al dat jarenlange stilstaan! Hij probeerde het op te tillen, maar het lukte niet, o, o, wat erg voor een reus van zijn formaat! De grijsaard keek naar beneden en zag heel veel volk staan dat het gevecht gade sloeg. Hij zag de brandweer en de politie en het leger en ook de burgemeester die riep: "Hier spreekt de burgemeester, blijf gewoon staan, dan doen we jullie niets..!" Helaas was Goliath behalve slap, ook heel erg doof geworden, van al die tijd. Daarom kon hij de burgemeester niet goed horen. Ondertussen gleed de grijsaard via de regenpijp naar beneden, want hij wilde zijn bol terughalen. Niemand had hem in de gaten, want iedereen lette op Goliath. Toen kwam de eigenaar van het restaurant naar de burgemeester. "Burgemeester!" riep hij. "Dat is mijn reus, ik ben zijn baas, wilt u astublieft niet op hem schieten!" Uit het publiek maakte een aardig meisje zich los. Zij heette Marieke,en was de dochter van de burgemeester. "Papa!" riep zij. "Niet schieten, dat is gewoon een aardige reus. Ik ken hem van een restaurant. "Kindje! Blijf hier!" riep de burgemeester. Maar zij holde al weg achter de reus aan en schreeuwde: "Goliath! Niet rennen! Ze gaan op je schieten!" Maar Goliath hoorde niets. Zij wist op zijn enorme linkersandaal te klimmen en werd meegesleept. Zo vlogen ze door de winkelstraat en trilde de stad op haar grondvesten, terwijl ze achterna werden gezeten door een leger politie-agenten. Maar Goliath rende steeds harder en harder en zag daardoor de draadjes van de tram niet. Je kent ze wel, als je boven de tram kijkt, zie je draadjes en daar loopt stroom door zodat de tram kan rijden. Nou, Goliath zag die draadjes niet en struikelde.. Hij probeerde zijn evenwicht nog te bewaren, maar het machtige lijf was niet meer rechtop te houden.. met een schreeuw viel hij boven op het station! Ook Marieke vloog een stukje door de lucht en landde bovenop de wereldbol. Ze klauterde er snel af en hinkte naar Goliath, maar die had zijn ogen dicht gedaan voor altijd. Marieke streelde over zijn enorme hoofd en zei met een traan in haar ogen: "Och arme reus.. arme reus.." Ook Atlas stond erbij met de bal op zijn rug en had een traan in zijn ogen. "Sorry ouwe," mompelde hij. "Het was niet zo bedoeld .." En nu staat Goliath weer waar hij altijd stond. In hetzelfde restaurant onbewegelijk als altijd. Soms gaat Marieke er wel eens eten en ze denkt soms dat hij naar haar kijkt en glimlacht.

Sjoerd van Berkel 2007

1 opmerking:

Anoniem zei

Mooi verhaal, Sjoerd!

Ik kijk regelmatig op je blog; heerlijk om alles te lezen.

Zie je gauw weer...

Bea