vrijdag 24 augustus 2007
De oogkleppen
Gisteren was ik te gast op een boerderij. Ik stond bij een paardenwei. De paarden verdrongen zich voor een aai over hun zachte neus. Ik voelde hun adem uit de neusgaten komen. Het waren lieve dieren. Plots prikte ik met mijn vinger tegen het schrikdraad. Een kleine schok bracht me terug naar Spaarnwoude, daar gingen we vroeger weleens heen in het weekend. Ik was nog klein. Ik speelde in het zand. Plots vloog ereen schaduw over me heen. Het is een angstig moment, ik zie het nog. Ik heb geluk, de paardenhoeven hebben me niet geraakt, het paard heeft ondanks zijn angst, op het laatste moment, een sprong gemaakt. Mijn vader is achter het paard en de eigenaar aangerend. Toch ben ik van dieren en van paarden gaan houden. Je had natuurlijk Arendsoog met zijn paard en Lucky Luke met de trouwe Jolly Jumper en o...Sint Nicolaas kwam ook te paard, op een wit paard en daarmee reed hij over het dak van onze twaalf hoog flat. Nee, paarden waren nog zo slecht niet. Buiten Spaarnwoude kwamen we ook in Drenthe en voerden daar appeltjes aan de vierbenigen, want een paard heeft benen, dat weet je, geen poten. We gingen daar ook wel erop uit met een huifkar, dat beest hoefde niet gemend te worden, ontdekten mijn ouders, hij wist zelf de weg. Sterker nog: hij wou niet anders. Je hoefde niet naar links te willen als het rechts was. Ik heb me laten vertellen dat er eens een bekend Frans auteur overleden was en dat men toen zijn paard een rondje liet maken. Het dier stopte voor de adressen van diverse dames ja ja..postuum door de mand gevallen. Om terug te komen op gisteren: ik was te gast bij Klaas. Klaas woont even tijdelijk in een caravan op het erf van een boerderij in afwachting van een woning. Klaas is een beste vent en hij weet ook alles van paarden. Hij is een natuurmens en hij heeft een slede hond en een tipi, dat is een indianentent. De tent staat zo ongeveer naast de caravan. Hij kan mooi vertellen over zijn avonturen. In zijn jeugd deed hij eens mee aan een verkleedfeest. Hij ging als vrouw. Maar omdat zijn vader niet wilde dat hij zo over straat zou gaan, bood hij hem aan met de auto te brengen. Een paar dagen later vroeg iemand aan zijn pa wie toch die nieuwe liefde was die ze naast hem hadden zien zitten. Dat zijn mooie verhalen. De afgelopen tijd zat het hem tegen, kampte hij met zijn gezondheid, dat gaat nu weer beter. De boerderij waar ik was is ook speciaal bedoeld voor mensen om bij te komen, de boer en de boerin hebben hem, het predicaat 'zorgboerderij' gegeven. Over het erf scharrelen kippen, pauwen en er zijn geiten en koeien.De boerin zit naast de manege aan een paardenstel te poetsen. Het zijn de oogkleppen. Filosoof als ik ben denk ik in mezelf: het kan niet missen dat ik deze vrouw opnieuw tegenkom en dat met oogkleppen in haar handen. Ik moet maar eens goed na gaan denken over hoe ik leef. Ik zeg haar ook dat ik haar al eens eerder gesproken heb en ze onderzoekt me nauwkeurig. Intelligente ogen meten me vanachter een klein rond brilletje. Ik vertel dat ik toch wat paardenvrees heb, maar wel van paarden hou. Ze geeft me een visitekaartje. Zeker, een inleidend ritje op een paard is mogelijk, tegen vergoeding uiteraard. En haar paarden zijn lieve, sociale dieren. Ik hoor van Klaas dat ze ze pas verkoopt als ze zeker is van een goede verzorging door de nieuwe eigenaar. Op het erf zijn we haar dochter tegengekomen. Ze is een vrolijke, opgewekte meid, net terug van een reis naar Zuid-Afrika. Boerendochters van nu trekken de wereld in en blijven niet wachten op het erf. Deze hoeve is een nieuw soort boerderij, met inkomsten van dieren, kinderen die het moeilijk hebben en overspannen stedelingen. Misschien moet ik zelf ook maar eens een keer zo'n caravan huren, om na te denken. Een ding weet ik zeker: in een volgend leven wil ik boer worden, zonder oogkleppen.
Sjoerd 24-8-2007
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten