zaterdag 11 augustus 2007

Bokito, de afstand

Bokito, de afstand

En je herkende de man met het geweer: het was de dierenarts. Je herkende hem direct aan die rooie snor en die waterige ogen। Je bent goed in gezichten herkennen. Je klemde je armen om je benen en je poepte zoals toen je moeder overleed, een lang bruin spoor, stinkend van angst.De knal verdoofde je oren. En toen ging je dromen, je schommelde in de vrije natuur en knabbelde op een selderijtje. Het was rustig tussen de brandnetels, hier kwamen die apen op twee poten nooit, de netels maakten korte metten met hun dunne pels en de hitte was ondraaglijk.Hier lachten zij niet. Hier zaten zij op een eiland, in hun rare, zelfgemaakte vachten. En jij stond aan de andere kant van de greppel en lachte ze uit. Net zoals ze jou uitlachten. En zij werden boos, net zoals jij boos werd. Maar jij werd boos omdat je wilde laten zien hoe goed en gevoelig je bent, geen wilde, zoals zij dat willen zien. En je lachte ze uit en je schreeuwde, gooide een banaan en erger nog: je keek een van hen recht in zijn ogen. De persoon sprong en viel boven op je॥maar jij zweefde weg en vond op een heuvel je moeder. "Zo zoon," zei ze. "Nu ben je wereldnieuws॥was dat nou nodig?" "Sorry moeder," snikte je. "Ik wist niet wat ik deed,ik deed het voor u! " "Spreek geen onzin !" smaalde ze. "Iedereen weet nu weer dat we woeste dieren zijn -en dat zijn we niet- dank zij jou.." En je huilde en vroeg vergeving en zij gaf een kus en je was weer terug op de wereld. Voor je lag een metershoge muur, gemaakt door die kleine naakte apen. Ze schreeuwden, ze joelden weer, en je had medelijden met ze, omdat ze, ondanks hun sloten en muren niet wilden begrijpen hoe klein de afstand tussen jou en hen werkelijk is.


Geschreven op 7 augustus 2007, de dag dat je weer in je buitenverbijf mocht.

Geen opmerkingen: