dinsdag 8 november 2011

Centraal Station Amsterdam 7.30 uur

Je moet op tijd opzij springen als je 's morgens het Centraal Station van Amsterdam uitgaat. Er staat namelijk een mijnheer met een wagen en een slang en die is niet te beroerd je schoenen een extra poetsbeurt te geven. Onverstoord gaat hij zijn gang. Als je de uitgang aan de oostkant neemt kom je op een heel smal stuk waar de rennende loonslaafjes je tegemoet komen met een daverende vaart. En ze zijn niet te stuiten, het doet denken aan een kudde op hol geslagen bizons. Links staan de taxi chauffeurs op klanten te wachten, ze zijn dan nog wel relaxed. Later op de dag zit er meer spanning op en staan er stadswachten om heen. Of dat helpt weet ik niet. De concurrentie is moordend. Bij het station horen ook de verworpenen der aarde. Een man valt me steeds op. Hij ziet eruit als een filosoof met lange, witte haren en een brilletje. Vlak naast de taxi's staat het grootste fietsenkerkhof ter wereld. Menige toerist blijft staan, pakt zijn telefoon en legt het vast. De gemeente is daar bezig met stickers de wees fietsen een waarschuwing te geven. Nog even en je wordt meegenomen. De veegwagen krijgt ruzie met een bierwagen. 's Morgens worden de cafeetjes in de buurt volgetankt door middel van een slang. De bestuuders stappen uit en er wordt stevige taal uitgewisseld. Bij het stoplicht staat regelmatig een van de bekendste advocaten van het land. Hij heeft een scherp gesneden gezicht en een onberispelijk kostuum. Ik weet niet hoe hij heet, maar herken zijn gezicht. Dan komt het gevaarlijkste punt van de oversteek: een zebrapad dat door fietsers en brommers niet als zodanig wordt erkend en herkend. Al mijn collega's kennen dit punt. Verhoogde waakzaamheid is geboden! Meestal zijn het toeristen op de fiets, het grootste gevaar van de stad. De meeste buitenlanders kunnen niet fietsen en slingeren zich vast in de tramrails. Ik passeer het Leger des Heils. Er staat iemand te wachten. Het is een vreemd uitgedoste man op rollerskates. In de Spuistraat zijn de schoonmakers bezig de kamers van de dames schoon te maken. De nacht zit erop. Het zijn kille kamertjes zo in het ochtendlicht, niks geen erotiek. Boven het raam van een van die dames staat 'hoer' met een pijl erbij. Op de invalidenparkeerplaats staat een jaguar, zou je niet verwachten. 's Middags staat hier ook een oudere dame voor de deur te roken. Altijd. Wat ze doet weet ik niet. Ik zie een van de dames de kapsalon in schieten. Hij is nog niet open, maar ze mag binnen. Tussen alle bordelen wonen ook gewoon mensen en er boven ook. Die mix is wel uniek. Het is een beeld van een grote stad, die ondanks dat wel overzichtelijk en gemoedelijk overkomt. Een toeriste sprong op me af en riep: 'You look so happy!' Misschien had ze van de paddo's gesnoept of kwam ze net uit de scientology? Amsterdam, die grote stad is gebouwd op palen en als die stad eens ommeviel wie zou dat dan betalen?

Geen opmerkingen: