zaterdag 14 oktober 2023

Thuiskomen in een vrij land

 



Deze week was het nat ende vochtig. Op woensdag leverde ik mijn zoon af bij de pingpong en dook de bibliotheek in, want als het donker en druilerig is, is de bieb een aangename literaire herberg zonder de verplichting van de consumptie. Het zaaltje was vrijwel verlaten en er waren enige medewerkers aan het overleggen voor een bijeenkomst met tieners. ‘Welke film zullen we nemen?’ hoorde ik een jonge vrouw vragen. Ik pakte ondertussen op goed geluk wat boeken uit de rekken. Een daarvan bleek een werk van Auke Kok met de titel: 1936. Het vertelde over atleten die naar een sportwedstrijd dachten te gaan, maar ongewild in Hitler’s propagandamachine terechtkwamen. De bokser Ben Bril bleef thuis. De foto’s lieten de trotse fΓΌhrer zien die als een pauw over de sintelbaan paradeerde. Nu had een van de sporters toe kunnen slaan. Bijvoorbeeld met een speer, een kogel, een discusschijf. Het had een ongeluk kunnen lijken. ‘Sorry, ik had de speer niet onder controle.’ Maar niemand deed iets. Zo jammer voor de geschiedenis en de wereld dat die kwaadaardige geesten hun verderfelijke gang konden gaan.

Toen ik de bladzijde omsloeg, viel er een blaadje uit. Het was een oude boardingpass. Vlucht HV…..  met stoel 25 F.  Naar Barcelona. De naam stond op die van ene mevrouw LW.  

Had mevrouw LW dit boek mee op haar trip naar Spanje? Op internet had ik haar in twee seconden gevonden. De foto toonde een vrolijke jonge vrouw aan een strand. Maar kennelijk las ze daar ook over de misschien wel donkerste Olympiade uit de wereldgeschiedenis.

Ik keek naar buiten, het water gutste van de biebramen, zoals het hoort bij een avondje in de bibliotheek. Ik wandelde de trap op naar boven en daar was het druk. Er werden taalcursussen gegeven.

Dat was me teveel lawaai. Het moet stil zijn in de leeszaal. Als in een klooster. Ik liep naar buiten en hoorde zacht iets vallen. Later bleek dat dat de sleutel was van het slot waar ik de fiets van mijn zoon mee aan het hek had vastgemaakt, waardoor wij nogmaals door de nattigheid terug moesten fietsen. Naar de bibliotheek. En ja, een medewerker, een jongeman, had de sleutel gevonden en in een laatje gestopt. Oef. Opluchting.

Dus mijn zoon achterop de fiets en ik stevig trappen. Onderwijl dacht ik aan de jonge vrolijke vrouw met haar sombere boek. Kun je op een vrolijk strand onder een stralende hemel lezen over nazi’s en hun holocaust? En hoe beleef je plezier aan een verhaal over oorlog, oorlogsdreiging en ethische dilemma’s zoals wel of niet verschijnen op het fuifje van de tiran?

Dat kan, zeker. Juist, omdat je je dan extra goed realiseert hoe prettig het is onbekommerd in de zee te kunnen duiken, je te bewegen waar je wilt, te denken wat je wilt, onder de Spaanse zon. Het donker geeft het licht een extra perspectief.

En zo is het ook met thuiskomen met de verloren sleutel na een tergend zeiknatte tocht door het duister. Pas dan is thuiskomen heel erg heerlijk. Net als thuiskomen in een vrij land.

 

Geen opmerkingen: